Kinderen met schisis hebben vaker gehoorproblemen en oorontstekingen. Dit komt doordat de beluchtingsbuis (de buis van Eustachius) vaak niet goed werkt. De buis van Eustachius loopt van  de neus- keelholte naar het middenoor en  gebruikt spieren van het gehemelte die  vaak dus  niet goed werken.  In het middenoor ontwikkelt zich dan een vochtophoping. Dat vocht is meestal waterig maar kan soms ook  taai slijm zijn. Daardoor hoort uw kind minder. Ook kan zich gemakkelijker een oorontsteking ontwikkelen.

 

De keel-, neus- en oorarts kan besluiten om trommelvliesbuisjes te plaatsen. Als dit nodig blijkt te zijn uit onderzoek door de KNO-arts, zal gekeken worden of dit met een andere ingreep gecombineerd kan worden (bv gehemelte sluiting). Na een tijdje worden de buisjes vanzelf weer uitgestoten. Dat kan zes maanden tot meer dan een jaar duren.

Als uw kind een oorontsteking krijgt, kijkt de KNO-arts of deze behandeld moet worden. Voor deze behandeling gaat u naar uw eigen huisarts. U mag ook een afspraak maken bij de KNO-arts van het schisisteam. Meestal functioneert de buis van Eustachius weer voldoende als uw kind ouder wordt (ca. 8 jaar).

Gehoortest
Een goed gehoor is belangrijk voor het leren praten door uw kind. In het eerste levensjaar, al voordat uw kind zijn eerste woordjes gaat zeggen, heeft het al heel veel taal gehoord en opgenomen. Woorden die u dagelijks gebruikt en herhaalt, worden opgeslagen in het geheugen van uw kind. Uw kind kan de woorden dan nog niet zeggen, maar leert ze al wel begrijpen.

Als het gehoor van uw kind in deze periode slecht is, kan het de woorden minder goed opnemen. Dit kan leiden tot een vertraging van de spraak-taalontwikkeling. Om dit te voorkomen, wordt het gehoor nauwlettend gevolgd door het Audiologisch Centrum.

Samen met de audioloog en de KNO-arts van de afdeling KNO- heelkunde, wordt bepaald wat de beste behandeling voor uw kind is om er voor te zorgen dat uw kind goed genoeg hoort om de taal te kunnen verstaan en zelf goed te kunnen leren praten.